Gezinskaart van Meindert Egbert Veldman (1904-1945)

Meindert Egbert VELDMAN, geboren Hekkum 12-12-1904, overleden concentratiekamp Bergen-Belsen (Duitsland) 20-02-1945, zoon van Freerk VELDMAN (landbouwer) en Egberdina Geerdina WIERINGA.

Meindert Egbert Veldman
(Groninger Archieven)

Hij was landbouwer.

Meindert is getrouwd Ten Boer 08-11-1929 met Eemtien Wilhelmina KIERS, geboren “Dinghweer” Lellens (Ten Boer) 21-12-1906, overleden Kampen 11-12-1980, dochter van Jan Anne KIERS (landbouwer) en Alina Tjakelina AMSENGA (landbouwster).

Het gezin Veldman bij hun boerderij op Hekkum, Hekkumerweg 9.
Foto is genomen omstreeks 1943, uit privébezit fam. Veldman
(ubbega.nl, uit het blad “Diepgang” , april 2018)

Uit dit huwelijk:

  1. Alina VELDMAN, geboren Hekkum 1932
  2. Freerk VELDMAN, geboren Hekkum 1934
  3. Jan Anne VELDMAN, geboren Hekkum 1937
  4. Gerdien VELDMAN, geboren Hekkum 1941

Meindert en zijn vrouw Tine waren in de oorlog 1940-1945 actief in het verzet. De boerderij op Hekkum was zowel onderduikadres als uitvalbasis voor verzetsactiviteiten. De boerderij met 80 hectare land bestond uit ongeveer 70 hectare akkerbouw en ongeveer 10 hectare uit grasland.

Tijdens de oorlog heeft Meindert veel gedaan voor de voedselvoorziening in de provincie Groningen. Al het verbouwde graan moest aan de Duitsers geleverd worden. Maar er werd op de boerderij zoveel mogelijk achtergehouden. Bij het clandestien dorsen werd het koren uitgespreid op de deel. Alle schuurdeuren gingen dicht en een span paarden liep vervolgens over het koren. Het zaad werd daarna in zakken geschept, meest tarwe, dat voornamelijk door molenaar Hazekamp in de molen van Adorp werd gemalen. Het meel was nodig voor diverse mensen in de omgeving, vaak gedistribueerd door bakker Zwartenkot met zijn bakkerskar. Een aanzienlijk deel ging ook per schip naar het westen van Nederland, waar men grote behoefte aan meel had.

Meindert was eerst leider van verzetsgroep Nul, een verzorgingsgroep voor onderduikers die speciaal in de provincie Groningen actief was. In 1944 werd hij provinciaal leider van de Groningse knokploegen. Knokploegen (KP’s) waren opgericht door de Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers, voornamelijk om te zorgen voor bonkaarten. Later werden door de KP’s ook liquidaties en sabotagedaden gepleegd.

Op de avond van 27 juli 1944 werd Meindert door verraad van de koerierster Geesje Bleeker, op de boerderij gearresteerd. Hij werd afgevoerd naar het Scholtenshuis in Groningen, vervolgens kwam hij terecht in de Scheveningse gevangenis het “Oranjehotel”. Daarna is hij overgebracht naar het concentratiekamp in Vught. Samen met zijn vriend Wim Homoet werd hij, via concentratiekamp Sachsenhausen overgeplaatst naar concentratiekamp Bergen Belsen. Daar overleden beide vrienden op 22 februari 1945 aan vlektyfus. De familie Veldman bleef tot 24 juni 1945 onkundig van de dood van vader Meindert. Op die dag kregen ze van de Internationale Rode Kruis het bericht dat hij was overleden. (Bron: interview met Freerk en Jan Anne Veldman door Bé Kuipers, gepubliceerd in het blad “Diepgang”, april 2018)

Verzetskaart
(Groninger Archieven)

Na de arrestatie van Meindert was Eemtien met de kinderen Alina, Freerk en Jan ondergedoken bij het gezin Eskes in de stad Groningen (Gerdien woonde bij familie in Aduard). Dit werd ontdekt door de SD, die alle mensen in het huis arresteerden. Meindert kwam met zijn familie terecht op de bijzolder van het Scholtenhuis. Hij heeft er een paar dagen en nachten doorgebracht. Ze werden op de kamer van SD’er Bellmer ondervraagd. Eemtien werd ruw behandeld (getuigenverhalen.nl).

Trouw, 7 juli 1945
Volgens het burgerlijke standregister is de overlijdensdatum 20 februari 1945
Nieuwsblad van het Noorden,
12 december 1980