Gezinskaart van Christiaan Ferdinand Lodewijk Palm
Christiaan Ferdinand Lodewijk PALM, gedoopt Huissen 29-04-1742, zoon van Gerhardus PALM en Henrietta Christina van der MARK.
Hij was ambtenaar van de VOC.
Christiaan is ondertrouwd Groningen 18-08-1762 en getrouwd Arnhem 29-08-1762 met Etta Lubbina Johanna AELDERS, geboren Poelestraat Groningen, gedoopt Martinikerk Groningen 03-05-1743, overleden Den Haag 28-03-1799, dochter van Jacobus AELDERS of Jacobus Aeldricks (handelaar in behangpapier) en Agatha Petronella de SITTER.
Christiaan en Etta zijn (niet officieel) in 1763 gescheiden. Christiaan vertrok in 1764 naar Oost-Indië.
Uit dit huwelijk:
- Henrietta Christina PALM, geboren Grote Markt Groningen, gedoopt Groningen 07-10-1763, overleden 1764.
Met haar beeldschone verschijning wond de feministische Etta menig man om haar vinger. Voor diegene met wie ze de lakens deelde was het echter maar de vraag of Palm hen wel met de juiste bedoelingen had ‘ingepalmd’. ‘La belle Hollandaise’ was namelijk een spionne voor meerdere landen.
Etta Palm groeide op tot een aantrekkelijke vrouw en mensen herinnerden haar in 1831 nog als ‘buitengewone schoonheid’.
In 1767 vertrok Etta Palm vanuit Groningen naar Amsterdam. Ze leerde daar advocaat Jan Munniks kennen en de twee ontwikkelden een geheime relatie. Palm werd ziek op de reis naar Italië, waar Munniks voor zijn werk heen moest. Ze bleef achter in Parijs om daar alleen verder te leven. Ze benoemde zichzelf tot baronesse d’Aelders.
De slinkse Palm vertoefde binnen de kortste keren in hogere Franse kringen. Ze woonde niet ver van Palais-Royal, waar veel politiek-invloedrijke personen bivakkeerden. Palm was het ‘liefje’ van diplomaten en adellijke lieden, die haar daar rijkelijk voor betaalden. Dit was echter niet waardoor Palm bekend werd. Ze bouwde namelijk ook een betrouwbare reputatie op als informant. Diplomaten en gezanten van Frankrijk, de Nederlanden en ook Pruisen maakten graag gebruik van haar diensten. Ze werd door één van de belangrijkste adviseurs van Lodewijk XVI als spionne gerekruteerd en werd in 1778 op missie naar Den Haag gestuurd. Daar kwam ze Munniks weer tegen die inmiddels spion in Britse dienst was.
Palm stortte zich daarbij in deze revolutionaire tijd op de politiek en streed hartstochtelijk voor de emancipatie van de vrouw. Haar feministische ideeën leidden onder andere in 1791 tot de stichting van de eerste vrouwenclub in Parijs, de Société Patriotique et de Bienfaisance des Amies de la Verité. Ook gaf ze voor het Franse parlement een rede over het belang van de ‘vrouwenkwestie’. (Bron: deverhalenvangroningen.nl)
Etta had ook een relatie met Douwe Sirtema van Grovestins.